Onderbouwing

De belangen van alle Harderwijkers worden niet vertegenwoordigd in de plannen van en evenwichtige lastenverdeling.

Bezwaren:

Argumenten over proces en procedure

  • Gevoel van uitsluiting: veel burgers voelen zich buitengesloten in het besluitvormingsproces rondom het AZC.
  • Enige moment voor raad: op 12 juni 2025 kan de gemeenteraad wensen en bedenkingen uiten richting het college.

    Zorg over procedure: dit proces wringt met de uitgangspunten van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), en vooral met het principe van redelijkheid en billijkheid richting direct betrokken burgers.

  • Oproep aan de raad: geef inwoners alsnog de gelegenheid om in te spreken vóór u wensen en bedenkingen met het college bespreekt.

Argumenten tegen invulling Morgen College komende 10 jaar ( Komst van AZ C)

1. INDICATIEVE TAAKSTELLING

  • Het huidige plan voorziet in 350 opvangplaatsen, wat deze taakstelling van 273 uit de Spreidingswet overstijgt.
  • Harderwijk levert al bijna 10 jaar een substantiële bijdrage aan asielopvang via het bestaande AZC aan de Graaf Ottolaan.
  • De nieuwe plannen leggen daarmee onevenredige druk op een gemeente die historisch gezien al bovenmatig heeft bijgedragen.

Note:

Een indicatieve taakstelling onder de Spreidingswet is een voorlopige verdeling van het aantal asielopvangplaatsen dat een gemeente geacht wordt te realiseren. Deze taakstelling is gebaseerd op:

  • Het aantal inwoners van de gemeente.
  • De sociaaleconomische positie van de gemeente (zoals welvaart, opleidingsniveau en arbeidsmarktdeelname). Belangrijke kenmerken van de indicatieve taakstelling:
  • Het is een richtlijn, geen definitieve verplichting, maar vormt wel de basis voor overleg tussen gemeenten binnen een provincie.
  • Gemeenten overleggen aan zogeheten provinciale regietafels (PRT’s) om samen de provinciale opgave te verdelen.
  • Als gemeenten er samen niet uitkomen, kan de minister uiteindelijk een verdeelbesluit nemen dat wél bindend is.
  • De taakstelling is bedoeld om te zorgen voor een evenwichtige spreiding van asielzoekers over Nederland en om te voorkomen dat de opvangdruk op een beperkt aantal gemeenten blijft rusten.

Veelgestelde vragen Spreidingswet | Asielbeleid – Rijksoverheid.nl

2. ONZORGVULDIG LOCATIEKEUZEPROCES EN GEBREK AAN DRAAGVLAK

  • De technische beoordeling van mogelijke opvanglocaties is gebaseerd op een veel hoger aantal opvangplaatsen (oorspronkelijk 500) dan de wettelijke taakstelling van 273.
  • Hierdoor zijn kleinere, mogelijk geschiktere alternatieve locaties mogelijk onvoldoende of op onjuiste gronden beoordeeld.
  • Factoren zoals maatschappelijk draagvlak lijken onvoldoende meegewogen in de technische afweging.
  • Het besluitvormingsproces wordt door veel bewoners ervaren als top -down en opgedrongen, wat leidt tot afnemend vertrouwen en draagvlak.
  • De grote opkomst en uitgesproken zorgen tijdens de informatieavond benadrukken de breed gedragen onvrede in de wijk.

3. ONGESCHIKTHEID LOCATIE SYPEL 2 (MORGEN COLLEGE ) VOOR EEN GROOTSCHALIG AZC

  • Ruimtelijke visie: de voorgestelde locatie staat op gespannen voet met de Ontwerp Omgevingsvisie Harderwijk 2040, waarin het open en toegankelijke karakter van De Sypel als stadspark en ruimtelijke basisstructuur expliciet wordt benadrukt.
  • Onveiligheidsgevoelens: inwoners ervaren al een gevoel van onveiligheid door bestaande problemen in de wijk, zoals zwerfvuil en druggerelateerde overlast, die momenteel onvoldoende worden aangepakt.
  • Infrastructuur: de huidige infrastructuur is niet berekend op de extra verkeersbewegingen die een AZC van deze omvang met zich meebrengt.
  • Openbare orde en handhaving: er bestaan nu al zorgen over de handhaving van openbare orde en veiligheid. De capaciteit van politie en handhaving wordt als onvoldoende ervaren. Het toevoegen van een groot AZC zal deze druk verder en onverantwoord verhogen.
  • Ervaringen elders: er zijn signalen dat drugsgebruik en overlast ook bij andere AZC’s een bekend probleem vormen, wat de zorgen over de impact op de wijk versterkt.

4. MONUMENTALE STATUS EN FINANCIËLE OVERWEGINGEN

  • Er bestaan serieuze twijfels over de geschiktheid van het pand voor de ingrijpende verbouwing tot AZC, en later tot woningen.
  • De impact van deze verbouwingen op de monumentale of historische waarden van het pand is onvoldoende duidelijk.
  • De geplande dubbele verbouwing (eerst naar AZC, daarna naar woningen) wordt als onnodig kostbaar en inefficiënt beschouwd.
  • Gezien de grote woningbehoefte in Harderwijk, verdient het om de locatie direct voor woningbouw te ontwikkelen serieuze heroverweging.

5. VEILIGHEID

  • Jeugdige omgeving: de locatie ligt tegenover intensief gebruikte sportvoorzieningen zoals een zwembad, voetbalvereniging, hockeyclub en sportschool, die dagelijks honderden kinderen en tieners aantrekken.
  • Druk op voorzieningen en sociale veiligheid: de komst van een AZC met 350+ bewoners zal naar verwachting leiden tot verhoogde druk op deze voorzieningen en kan de sociale veiligheid in de omgeving beïnvloeden.
  • Gebrek aan rust- en recreatieplekken: het terrein zelf biedt onvoldoende ruimte voor ontspanning en recreatie, wat risico’s oplevert voor zowel de leefbaarheid in de wijk als het welzijn van de AZC-bewoners.
  • Beperkte ontsluiting en verkeersdruk: de infrastructuur is beperkt en zal door de komst van het AZC fors zwaarder worden belast, met verhoogde risico’s op verkeersonveiligheid, vooral voor jonge fietsers en voetgangers.
  • Wateroverlast en bereikbaarheid: de Verkeersweg, een belangrijke toegangsroute, is gevoelig voor wateroverlast bij zware regenval, wat de bereikbaarheid voor hulpdiensten kan belemmeren.
  • Reële zorgen, geen NIMBY: de bezwaren zijn gebaseerd op concrete risico’s voor leefbaarheid, veiligheid en overbelasting, en mogen niet worden afgedaan als ‘not in my backyard’.

6. LEEFBAARHEID AZC -ERS

  • Beperkte oppervlakte: de beschikbare ruimte op de locatie is beperkt en biedt onvoldoende mogelijkheden voor ontspanning, sport of ontmoeting binnen het AZC-terrein zelf.
  • Verplaatsing naar omliggende wijken: door het gebrek aan eigen buitenruimte zullen bewoners zich waarschijnlijk regelmatig begeven in omliggende straten, parken en woonwijken.
  • Ervaringen uit andere gemeenten: in vergelijkbare situaties elders is gebleken dat dit kan leiden tot overlast en gevoelens van onveiligheid bij omwonenden.
  • Kwetsbare doelgroep: veel AZC-bewoners hebben een vluchtachtergrond en kunnen kampen met trauma’s of psychische spanningen, wat de noodzaak voor een veilige, rustige buitenruimte vergroot.

7. DUBBELE DOELBESTEMMING GEBOUW

  • Nabijheid speciaal onderwijs: direct naast de beoogde AZC -locatie bevindt zich een gefuseerde school voor speciaal basisonderwijs (De Springplank en De Dokter Verschoorschool).
  • Kwetsbare doelgroepen: zowel de leerlingen van het speciaal onderwijs als de toekomstige AZC-bewoners zijn groepen die gebaat zijn bij rust, structuur en extra ondersteuning. Het samenbrengen van deze groepen op één locatie roept vragen op over de geschiktheid en zorgvuldigheid van deze keuze.
  • Omgevingsbelasting: de aanwezigheid van beide groepen op korte afstand van elkaar kan leiden tot verhoogde druk op de omgeving, zowel sociaal als qua infrastructuur.
  • Bestemmingsplan: volgens het huidige bestemmingsplan is de locatie bestemd voor maatschappelijke functies, waar een AZC niet standaard onder valt.
  • Planologische procedure: voor realisatie van het AZC is een buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA) nodig, wat een formele wijziging van het omgevingsplan vereist.
  • Toedeling van functies: er rijst twijfel of hier sprake is van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties (ETFAL), zoals vereist onder de Omgevingswet.

350 asielzoekers in een buurt met 650 inwoners

De buurt is overduidelijk tegen een AZC op sypel 2, er is geen draagvlak.

Ben jij het met ons eens?

Steun ons en onderteken de petitie!